Mobiliteit en Ruimtelijke ordening

21 Maart 2018

Mobiliteit en Ruimtelijke ordening

Mortsel is sterk verstedelijkt gebied. Willen we leefbaarheid behouden en verbeteren, moeten we kritisch zijn met wat er nog kan en mag bijgebouwd worden. Open ruimte is belangrijk, net als ruimte voor zachte weggebruikers. Verkeersveiligheid is een grote prioriteit in onze stad die een kruispunt is van gewest- en spoorwegen.

Verkeersveiligheid is prioritair.
Daarom willen we doorgaand vrachtverkeer weren uit de winkelkern. Veilige, conflictvrije kruispunten zijn belangrijker dan de heilige autodoorstroming.

In Mortsel is de fietser koning, en de voetganger keizer. Het STOP-principe (in volgorde Stappen Trappen Openbaar vervoer en Privévervoer) mag best opgefrist worden.
Voetpaden moeten afgestemd worden op ‘kleine wieltjes’ (rollators, rolstoelen, kinderwagens).

Met een Bankenplan redden we geen financiële banken maar zetten we zitbanken neer die ervoor zorgen we dat mensen elkaar kunnen ontmoeten, of kunnen uitrusten als het even moet.
Ons groene lint de Berm wordt nog verder opgewaardeerd. We gaan voor bruggen tussen de verschillende stukken om zo een veilige groene weg voor zachte weggebruikers te creëren.

Een slimme mobiliteit kijkt naar de toekomst. We investeren in Mortsel verder in deelsystemen voor fietsen, auto’s, combinaties met openbaar vervoer, slimme leveringen,…

Een slimme mobiliteit lukt niet als stadje alleen; we willen sturende systemen uitwerken in samenwerking met de gemeenten rondom ons. Want enkel een regionale aanpak kan werken.

Een verstandige ruimtelijke ordening houdt rekening met leefbaarheid. Mortsel staat al behoorlijk volgebouwd. We bekijken uitbreidingen kritisch en kiezen voor ecowijken, klimaatneutraal bouwen en vormen van ‘cohousing’. Ook bestaande veel-te-grote villa’s kunnen we opdelen in flexibeler wooneenheden zodat mensen levenslang kunnen blijven wonen waar ze dat willen. Met zorg rondom zich indien nodig.

We leven niet op ons ééntje en ruimte is beperkt, we willen dus initiatieven als ‘samentuinen’ en gezamenlijke fietsenstallingen bevorderen.